Het was met twaalf man een mooie opkomst, zelfs gelijk aan het recordaantal SOW-ers dat zich in 2021 verzamelde voor de eerste seizoenstraining. Indertijd splitsten we ons vanwege corona op, nu omwille van de veiligheid. Dankzij een online tool werd de groep in tweeën gescheurd (het blijft als een noodzakelijk kwaad voelen), met voor elke groep een eigen WegKapitein, RouteLeider, ClubHoeder of WegHerder, hoe je hem ook noemen wil. Hoeder Christian ging met zijn groep rechtuit de Hoogeveenseweg in, Herder Eelco wees zijn mannen via het Noordeinde de weg. Hier volgt het Reelaas van laatstgenoemde SOW-formatie.
De forse zuidwestenwind zorgde voor veel wegwaaiende woorden, die bleken dus lastig te wisselen. In voornamelijke stilte met af en toe een herderlijke instructie van EC, vochten we ons via het Bentwoud een weg tegen de stormachtige elementen in. Op de eerste klim (Bentwoudbrug) liet Gerard zich verrassen door fanatiek klimgedrag van de anderen, net zoals kort daarna de tweede monsterachtige klim (Col de 209, negen-en-een-halve meter hoogteverschil) voor Hans te vroeg kwam en hij een gaatje moest laten. Natuurlijk werd er ge-reformeerd en reden het zestal even later ‘en group’ het Craenenborgpad op waar de wind heerlijk vanachter kwam. EK wees ons vervolgens de Rotteroute aan. Door elkaar goed uit de wind te houden (en niet in het minst door veel vuil werk van TvdH) zakte het tempo nergens tot aandoenlijke proporties. Sterker nog, we bleven redelijk up tempo, mede dankzij de beschutting die EK voor ons had gevonden door voor de beboomde Kooilaan te kiezen. Dat ging effe lekker daar.
Het weer knapte steeds meer op. Het bleef waaien, maar de lucht brak meer en meer open. In onze fraaie, groen-blauwe uniformpjes gingen wij bijna op in de blauwe luchten en groene polders. De avond werd steeds fotogenieker, doch een fotograaf – die als een CvE ook onder stormachtige omstandigheden uiterst behendig kiekjes maakt – ontbrak helaas in onze groep.
Na de Rotte te zijn overgestoken werd het harde trainen zelfs een feestje omdat nu de wind voluit in de ruggen blies. We denderden over het fietspad richting Zevenhuizen waarna we de Zuidelijke Dwarsweg opreden. Daar konden we dankzij onze vriend De Wind met gemak het zwaarste verzet wegduwen. Omstandigheden waar een Marcel wel raad mee weet, maar ook Gerard en anderen zagen we er uitbundig Marcellen. Nabij Coenecoop namen we als laatste serieuze col van de avond de Coenecoopbrug, waarvan we in de afzink links gingen om contact te houden met de snelweg A12. Nog even vrezend dat Eelco ons nog naar Woerden zou leiden, bogen we linksaf richting Reeuwijk.
Op Kaagjesland kon Hans het niet laten om van ver een sprint aan te trekken, een initiatief dat alleen door ‘Pogačar Thomas’ werd beantwoord met een explosie die alle andere pogingen deed verbleken. Richting Boskoop liepen alle beentjes lekker vol, als bewijs dat er goed getraind was. Een laatste sprint op het Zuidwijk bracht in TvdH weliswaar geen verrassende winnaar, maar dat ook GH en HvE tot het podium zouden reiken was opzienbarend te noemen. Had het echter tot een huldiging gekomen dan had WegHerder Eelco bloemen gekregen voor het mooie rondje (en het vele kopwerk) dat hij ons had geschonken en Adriaan ook een schouderklop voor het feit dat hij er gewoon was. Zonder één meter voorbereiding, maar wel met een ijzeren wil om in dankbaarheid weer lekker Samen Op Weg te zijn. En die overtuiging deelden we met elkaar. We mochten weer: heerlijk!
Uw verslaggever ter plaatse: Hans van Eck