Sassenheim
donderdag 5 mei 2022

Vele wegen Leiden rond de Braassem

Terwijl het kringetje SOW-ers zich op het Raadhuisplein renner voor renner uitbreidt, appt Koen zich wat later. Hij zou nog een bandje te hebben wisselen, waarbij hij zichtbaar op de app de onbaatzuchtige buurthulp van andere Zonnedauwers krijgt aangeboden. Zo doen Zonnedauwers dat immers. Natuurlijk wachten we op de onfortuinlijke KG en verwelkomen we hem alsnog hartelijk. Hij had de wisseltruc hoogstpersoonlijk in eigen tuin uitgevoerd terwijl zijn beide buurtgenoten uitgebreid met elkaar hadden bij staan praten. Zo doen Zonnedauwers dat.

De verleiding wordt weerstaan om met z’n twaalven Op Weg te gaan. We splitsen ons met oog op de verkeersveiligheid in twee groepjes. Niet in ‘snel’ en ‘minder snel’ – of zo u wilt ‘ambitieus’ en minder ambitieus’ – maar in wie zich aangesproken voelde door wat RL RvE predikte. Hij zou inspelend op liggende winden eerst oostwaarts gaan en kreeg zo vanzelf een vijftal discipelen met zich mee die ook in die verwachting geloofden. Van hun ervaringen is in een andere editie van Reelaas te lezen.

Van de andere RL, CvE, was nog niet helemaal bekend wat hij in het hoofd had, behalve dan dat we rond de Braassemermeer zouden gaan. Het zou Braassem en meer blijken te worden.

Uitspraak van de week
15, Hans, van Eck, HVE, hve, Hans van Eck, jm.veck@gmail.com, , 2022-02-28 19:27:54, , Avatar foto

“...“

Ofwel: geen woorden maar daden

Het trainingstraject dat we van CvE kregen voorgeschoteld was best bijzonder. Het bleek een al of niet doordacht trainingsschema te zijn, met als meest verrassende aspect een heuse intervaltraining door de binnenstad van Leiden. Of beter gezegd: Lijden. Hadden we tot voorbij Koudekerk nog het idee dat we door weidevelden en polderlandschappen de Braassem zouden ronden, na het kruisen van de A4 werd het ons duidelijk dat we de stad Lijden kregen te zien. De RouteLijder wist er feilloos de weg en gidste ons op indrukwekkende wijze via allerhande fietspaden door de randstedelijke stad van hutspot, haring en wittebrood. De intervaltraining kwam hierop neer dat er vele bochten genomen moesten worden, een liefhebberij die aan MHu niet zo besteed is. De kweker kreeg heel wat gaatjes dicht te rijden, hetgeen hij – in prima vorm stekend – alle keren voor elkaar kreeg. Het werd een rit van afremmen, optrekken, scherp linksaf slaan, dan weer rechts een viaduct over knallen, rechtdoor het stoplicht halen, of toch niet, net op rood, dan een wegversmalling met zand op de tegels, direct weer rechts stoppen voor het stoplicht, o nee, hij springt toch op groen, even aanzetten, uit het zadel, weer terug in het zadel, achteromkijken, oeps, even remmen, aanzetten, je poten voelen volstromen, weer omhoog tegen opnieuw een viaduct, naar beneden, scherp naar rechts, fietstunneltje in, demarreren om het tunneltje weer uit te komen in het wiel van onze gids, even een woord wisselen zo van ‘weet jij waar je bent’ en ‘ik kijk vanavond nog wel terug waar ik nou precies gereden heb’, in elkaars wiel blijven, o let op ’tegen’, ’tegen’, ’teeguuuh’, flauwe bocht naar links een klinkerstraat in, hotseknots, et ce tera. Hoe groot kan een stad zijn.

Aan het einde van de Lijdenstijd rijden we een mooi buitengebied ten noordwesten van Leiden in. We rijden nog altijd achter onze RL aan, die ook hier de weg weet. De benen zijn inmiddels op spanning, zo’n intervaltraining laat zich wel voelen, maar levert je ook wat op natuurlijk. Slechts eenmaal rijden we verkeerd waarvoor grind op de weg ons al had moeten waarschuwen. In slagorde nemen we weer plaats achter de RL van dienst. Na het onderdeel ‘interval’ was toen les 2 ‘het rijden in waaier’ aan de orde, hetgeen ons prima afging. Uit goed fatsoen neemt HvE even kop over, maar reeds na één oversteekplaats neemt hij braaf zijn plek weer in achter de trainer. We zien inmiddels plaatsen als ‘Warmond’ en ‘Noordwijkerhout’ op de borden staan, het vermoeden voedend dat we in de buurt van het verste punt aan het geraken zijn. En dat blijkt, want we komen langs de Kaag te rijden. Het is daar waar onze onvolprezen RL zijn slavenarbeid (voor even) staakt en we ons – met de wind vol in de rug – in een andere volgorde tot een mooi treintje formeren. De kruissnelheid gaat op de brede weg langs het water tot boven de veertig, waarbij JvE op kop een staaltje ‘mooi zitten op je fiets’ etaleert. Kilometers lang malen we – bijna in trance – in elkaars spoor. Er worden ook hier weinig woorden gewisseld, behalve de hartelijke uitnodiging van AvH om even een kopje koffie te komen drinken op zijn yaught die in de Kaager jachthaven voor anker ligt (zie rechts op de foto). We weerstaan het aanbod en denderen gefocust verder.

Voorbij Nieuwe Wetering grijpt TvdH de macht en laat ons zien (en voelen) dat ook hij in goede doen is. Of is Thomas eigenlijk altijd in vorm? We klepperen in de open polders tegen de wind in, waar ook de anderen (weliswaar bescheiden) kopwerk verrichten. Martin groet in Rijpwetering hoorbaar en met veel respect het standbeeld van Joop Z.

Omdat mist neerdaalt over de polders volbrengen we de rit in toenemend duister. De zon verflauwt achter de avonddauw (zo noemen Zonnedauwers dat), een bijzonder weersfenomeen. Of zijn het flarden bengaals vuur overgewaaid uit een ver Marseille?

We rijden Alphen aan den Rijn aan de noordzijde binnen en krijgen daar de enige serieuze klim van de avond te verwerken: de Máximabrug ook wel de ‘Côte de Gnep’. Na alle gedane arbeid blijken JvE en TvdH nog de souplesse te hebben voor een sprint bergop, die zij ergens in de verte met elkaar uitvechten.

Op de Compierekade cijfert onze trainer van de avond zich helemaal weg door een eckstreem lange kopbeurt af te leveren die hem op voorhand al kansloos maakt voor de verwachte eindsprint. Niemand in zijn wiel kan of wil overnemen, zodat eenmaal in het zicht van de vaste camera iedereen er dankbaar maar onbarmhartig overheen dendert. TvdH en JvE trekken de sprint van ver aan en alleen Adriaan kan het spoor houden van de beide twintigers. Ze rijden zich alledrie op het podium.

We brengen Aad veilig thuis en kunnen terugkijken op een leerzame en nuttige SOW-training, met lekker veel inter en gelukkig geen val.

Uw verslaggever ter plaatse: Hans van Eck