Het windjemee voelde al gek genoeg als tegenwind, en waarom stond de zon eigenlijk precies aan de andere kant van de hemel? En wat lijkt de skyline van Harlingen toch veel op die van Sneek. Zo’n zelfde soort poortje…
Na 20 kilometer gereden te hebben kwamen de heren SOW-ers erachter dat ze door de gpx reeds in startplaats Bolsward bij de neus genomen waren. In plaats van eerst de noordelijke lus hadden zij juist het digitale signaal opgepikt van het zuidelijke rondje, zodat zij nu niet eerst Harlingen maar Sneek passeerden. De hilariteit om de eigen vergissing was groot. Snel werd HSoigneur in zijn volgwagen ingelicht dat we elders dan verwacht uithingen, maar dat had onze trouwe volger al aan het tracksignaal opgemerkt.
Bij het uitrijden van Bolsward, kort na de start, hadden de SOW-ers nog een zigzaggende senior op zijn racefiets ingehaald die voor even aanhaakte om de Boskopers mee te geven dat hij al vijftig (!) keer per fiets de Elfstedentocht had gereden. Tja, met zo’n staat van dienst vergis je je niet meer natuurlijk.
Bij Balk stootte JvE zijn voorband lek. De volgwagen kwam snel ter plekke om hem met wat Boskoopse lucht te ondersteunen. Het bleek gelukkig het enige lekke bandje te zijn deze dag. Het tweede (en overigens laatste) malheur deed zich voor aan de geavanceerde fiets van Thomas. De batterij van zijn schakelmechanisme kwam eerder dan verwacht zonder spanning te staan, zodat hem alleen een standje koffiemolen restte. Dankbaar gebruik makend van de volgwagen vond hij in Grou een speciaalzaak waar met het juiste kabeltje zijn mechanisme van nieuwe stroom kon worden voorzien. In Tzummarum sloot hij zich weer aan zodat hij zijn zevenstedentocht kan voortzetten.
Tussentijds hadden we een lunch genoten in kruispunt Bolsward. Aldaar troffen we bij toeval de families Hoogendoorn en Kranenburg die op dat moment de noordelijke lus al hadden geslecht. We praatten even gezellig bij, maar ze moesten door want er stond hen in Sneek een lunchafspraak te wachten met hun volger Menno.
Daar waar Thomas weer opstapte, stapte Erwin af. Duidelijk nog niet volledig hersteld van een griepje, weigerden de benen verdere dienst. Met enkele welluidende, stevige Friesche boeren hing hij zijn fiets aan de volgwagen en nam naast Henk plaats om verder op te knappen.
Het vervolg naar het noordelijk gelegen Dokkum ging nog voor het windje, maar na het beroemde keerpunt moest er tegen de zuidwestenwind gekleund worden. Maar op dat moment werd de SOW-carroussel van stal gehaald en die functioneerde nog prima. Zo werd de tegenwind kilometerslang aangevallen met een wapen dat nog perfect werkte.
Bij Bartlehiem werd met zicht op Het Bruggetje de benen even ontzien en werd met de volgwagen (per abuis aan de andere kant van het water terecht gekomen) afgesproken elkaar bij de ijssalon van Leeuwarden weer te zien. En dat lukte uitstekend want met instructies vanuit de volgwagen werden de fietsers op voorbeeldige wijze gedirigeerd tot aan het hoorntje. We genoten van een hele grote of juist kleine likker, afhankelijk van door wie je geholpen was.
Inmiddels waren we de finish op twintig kilometer genaderd, dus dat zou wel lukken verder. Tijdens de laatste te rijden segmenten mocht Thijs binnenkomen bij een gastvrije Friese inwoner voor een sanitaire stop ‘niveautje 2′.
Bolsward werd gehaald. Veel dank aan Henk die zich in de wagen van Tim had bewezen als prima volger, maar ook zeker waardering voor onszelf omdat we – dankzij enkele opofferende gangmakers – zo’n gedisciplineerd tempo hadden aangehouden. Trots en voldaan reden we op het Plein onze start- en finishlocatie op. Daar ontmoetten we leuk genoeg ook Eelco en Marcel nog die we sinds zaterdag “de echtgenoten (en vader) van” kunnen noemen. Respect voor alle geleverde prestaties, teSamen een groepsprestatie van formaat.
En we bewezen dat elf steden ook in gehusselde volgorde elf steden blijven.
Uw verslaggever ter plaatse: Hans van Eck
Dankjewel Hans😀